Beverbende is op dit moment mijn favoriete spel. Ik speel dit erg vaak met vrienden of familie. Wij spelen het zo vaak, dat ik een of twee keer per jaar, nieuwe scoreblokken moet bestellen! Het verslaafd zijn aan Beverbende, heeft mij erg strategisch gemaakt in dit spel. Daarom deel ik in dit artikel mijn Beverbende tips en tactieken waarmee je je win kansen gegarandeerd vergroot.
1. Ruil altijd je slechte kaarten
Het klinkt misschien vanzelfsprekend, maar ik zie het vaak misgaan. Veel spelers wachten met ruilen totdat ze zeker weten dat ze een goede kaart krijgen. Mijn advies is om altijd je slechte kaarten te ruilen. Het voordeel hiervan is dat je niet slechter af kunt zijn, terwijl je de kans hebt om een betere kaart te trekken. Bovendien geef je je tegenstander een slechte kaart, wat hem of haar kan helpen in de war te raken. Je ontneemt ze bovendien informatie als je een kaart pakt die ze al gezien hebben.
2. Ken de kaartverdeling
In Beverbende heb je kaarten met de waardes 0 t/m 9. Van de kaarten 0 t/m 8 zijn er vier stuks per waarde, terwijl de waarde 9 in maar liefst negen exemplaren voorkomt. Dit betekent dat de kans om een 9 te trekken groter is dan de kans op andere kaarten. Wat kun je hiermee? Als je bijvoorbeeld een 5 hebt, weet je dat de kans groter is dat je een slechtere kaart trekt dan een betere. Dus, als je een 5 trekt en je weet dat je binnenste kaarten slechter zijn, kun je die beter ruilen voor iets beters.
3. Wissel dezelfde kaarten altijd om
Heb je bijvoorbeeld een 9 voor je liggen en trek je opnieuw een 9 van de trekstapel? Wissel die dan om. Het voordeel hiervan is dat je tegenstanders niet weten wat je hebt, waardoor ze denken dat je een betere kaart hebt getrokken. Ze kunnen dan besluiten een ruilkaart te spelen, wat ze slechter af kan brengen, terwijl jij geen verlies maakt.
4. Wat laten anderen liggen?
Let goed op wat andere spelers afleggen of niet pakken. Als bijvoorbeeld een 5 op de aflegstapel ligt en niemand pakt deze, is de kans groot dat hun ‘geziene’ kaarten vergelijkbaar zijn met deze 5 of zelfs beter. Als een speler een getalkaart trekt en direct weer aflegt, betekent dit vaak dat hun geziene kaarten beter zijn dan de afgelegde kaart.
5. Wees onvoorspelbaar
Als je met ervaren spelers speelt, is het belangrijk om je strategie aan te passen. De vorige tactieken kunnen goed werken tegen onervaren spelers, maar tegen gevorderde spelers is het belangrijk om onvoorspelbaar te blijven. Zorg ervoor dat je tegenstanders niet goed kunnen inschatten wat je van plan bent.
6. Klop op het juiste moment (of niet)
Als je goede kaarten hebt, wil je natuurlijk kloppen. Maar kloppen vertelt je tegenstanders ook dat je sterke kaarten hebt. Het nadeel is dat ze daarna nog een keer een ruilkaart kunnen trekken en zo je kaarten proberen te verslechteren. Bij 2-3 spelers is de kans klein dat iemand na jou nog een ruilkaart pakt, maar bij 5-6 spelers is dat veel groter. Als je weet dat je sterke kaarten hebt, kun je soms ook langer wachten en pas later kloppen.
7. Spieken als je alle kaarten al kent
Als je precies weet welke kaarten je hebt en je mag spieken, kun je gebruik maken van het idee dat andere spelers vaak denken dat je je goede kaarten onthoudt. Als je een kaart spiekt, lijkt het alsof die kaart niet zo belangrijk is, waardoor je tegenstanders deze kaart vaak zullen negeren als ze mogen ruilen. Dit kan je in je voordeel gebruiken.
8. Een hoge kaart of actiekaart omwisselen?
Als je bijvoorbeeld een 7, 8 of 9 hebt en daarnaast ook een rode actiekaart, kom je voor een dilemma te staan wanneer je een lage kaart trekt. Mijn advies is om de hoge kaart te ruilen en de actiekaart te bewaren. Je kunt de actiekaart aan het einde van de ronde gebruiken, terwijl je met de hoge kaart mogelijk meer risico loopt om er iets slechters voor terug te krijgen.
9. Let op spelers die niet willen ruilen
Als een speler een ruilkaart trekt maar weigert te ruilen, is de kans groot dat hun kaarten redelijk goed zijn. Dit komt omdat ze in de meeste gevallen al weten dat ze goede kaarten hebben, vooral de buitenste kaarten die ze altijd kennen. Als jij dan een slechte kaart hebt en ze een keer een ruilkaart aanbieden, overweeg dan zeker om met hen te ruilen.
10. Probeer de gespeelde actiekaarten te onthouden
In Beverbende heb je actiekaarten zoals Ruilen en Spieken. Probeer bij te houden hoeveel van deze kaarten er al gespeeld zijn, zodat je weet wanneer ze waarschijnlijk weer opduiken. Als je bijvoorbeeld ziet dat de Ruilen-kaarten bijna op zijn, kun je agressiever gaan handelen omdat je weet dat je tegenstanders geen kans meer hebben om je kaarten te beïnvloeden.
11. Bluffen om verwarring te scheppen
Als je in een ronde zit met een minder sterke hand, kun je proberen te bluffen en te doen alsof je veel sterke kaarten hebt. Dit kan door bijvoorbeeld met veel overtuiging te kloppen of door je ruilen niet uit te voeren als je tegenstanders verwachten dat je dat doet. Door je tegenstanders in verwarring te brengen, kun je ze dwingen om verkeerde beslissingen te nemen.
Dit vergroot misschien niet de kans op lage kaarten, maar kan wel de score van je tegenstanders beïnvloeden, waardoor jij uiteindelijk in verhouding met een betere score eindigt.